Onlangs ontmoette ik Kees, een vrolijke jongen van 9 jaar. Praat vlot, leuke lach, goed gevoel voor humor, gevoelige jongen en een uitstekende intelligentie. Maar Kees heeft één groot probleem. Mocht je bekend zijn met het kinderprogramma Rox waar de uitspraak ‘falen is geen optie’ veelvuldig in voorkomt, Kees had hem bedacht kunnen hebben. Falen is voor Kees geen optie. Wanneer er dingen mis gaan blokt hij ze en ontkent hij dat dit ooit gebeurd is. Dit speelt vooral in conflicten met andere kinderen. Maar ook fouten maken in schoolwerk, opgaven gaan maken die wel eens te moeilijk zouden kunnen zijn, het is allemaal geen optie. Kees gooit al zijn creativiteit in de strijd om de ander ervan te overtuigen dat hij niets gedaan heeft, het echt niet kon, hij het echt hulp gevraagd had maar die niet kreeg etc. etc. Dit is de veilige wereld van Kees. De wereld waarin falen niet bestaat.
De opvoeders van Kees zitten met de handen in het haar. Kees, vlotte prater, leuke lach, goed gevoel voor humor, gevoelige jongen en een uitstekende intelligentie, MAAR, hij ontkent, liegt, creëert zijn eigen waarheid. Ze hebben al van alles geprobeerd maar niets helpt Kees uit zijn schijnwereld. Hij verkiest de zelf gecreëerde werkelijkheid boven de objectief waarneembare feiten.
Toen viel het oog van één van de opvoeders op het artikel, ‘ Kinderen die neiging hebben om hun aandeel in conflicten te ontkennen …hoe begeleid je die? ‘(Charlotte Visch ,2008) Dit was het verhaal van Kees! Kees heeft een te sterk geweten. Het zorgt ervoor dat hij ontkent en liegt en geen verantwoordelijkheid neemt voor zijn gedrag. Kees mag leren dat falen mag, dat hij fouten mag maken, hij schuld mag bekennen en verantwoordelijkheid mag dragen voor de dingen die hij moeilijk vindt. Maar hoe gaan we hem daarbij helpen?
Charlotte Visch beschrijft in haar artikel de volgende stappen:
- ‘ Vertel het kind wat de realiteit is. Aarzel niet (ook al was je er niet bij om stellig te vertellen hoe het is gegaan. Zeg gewoon (rustig en vriendelijk): “Zo is het gebeurd, want dat is wat ik denk. Ook al was ik er niet bij/kon ik het niet goed zien.”. Ga niet in op verontwaardigde reacties van “Ja, maar je was er niet bij …”enz. en vraag vooral geen reactie van berouw of schuld. Na dat je zo hebt gesproken verbreek je het contact over dit onderwerp en stap je over op iets anders, of je loopt weg. Zelfs wanneer het kind je slaat, schopt of uitscheldt reageer je niet anders dan met “Zo is het gegaan, want dat denk ik.”
- Laat het kind de ruimte om zich terug te trekken op een eigen privé- plek.
- Doordat de volwassene geen voeding geeft aan de buffer (is de bescherming tegen de gevoelige innerlijke pijn) en het kind verontwaardigd is, zal het onvermijdelijk op zoek gaan naar ‘hoe het precies gegaan is’ . Er is geen tegengas en de weg naar het ontdekken van de realiteit ligt open,
- Deze stap is voor veel volwassenen heel zwaar, want nu gaat het erom niet bang te zijn om het kind liefdevol te confronteren met de realiteit van de schuld. Wanneer je ziet/vermoedt wat het aandeel van het kind is in een conflict, zeg dan (rustig en vriendelijk): “Dit is/was jouw schuld.”Vervolg dan meteen met “en die schuld is nu weg, omdat jij …” en dan vul je de zin aan met het gedrag wat het kind dan laat zien, bv. “…zo rustig luistert” of “…jij hem gewoon aankijkt” of “…omdat iedereen wel eens een vergissing maakt.”De bedoeling van deze stap is het kind te helpen met het verdragen van zijn schuld door hem meteen de schuld te laten inlossen.’
Kees mag leren dat hij er mag zijn, met zijn prachtige eigenschappen en ook met de eigenschappen die minder mooi zijn maar hem wel menselijk maken. De wereld blijft draaien wanneer hij de werkelijkheid onder ogen durft te gaan zien en verantwoordelijkheid durft te gaan dragen. De liefde van zijn ouders zal blijven, vriendjes blijven vrienden en Kees mag leren en groeien, als compleet mens, volmaakt in zijn onvolmaaktheid!
NB: Charlotte Visch heeft op haar website meer artikelen staan die zeer de moeite waard zijn!